... dat was niet alleen daadwerkelijk het geval... ik dacht het al, voor ik er een zag, vandaag, wandelend met Dieuwke door de Kennemer Duinen. Het weder kantelde op gezette tijden van zwakke druil naar waterige zon en weer terug, maar vooral het laatste. We waren vroeg, relatief. Zoonlief was ver weg, op Scoutingkamp bij Mourik; dochterlief was verder weg, met vrienden en vriendinnen in Frankrijk. Wij, getwee, konden dus weer eens paden op, fors geschoeid, komkommer en appel in de knapzak, stevig stappend, zonder noemens waardige pauze, door dat prachig gebied, bijna tot op het allerlaatst gespannen turend naar de beloofde grote grazers, die ons uiteindelijk gewerden in de vorm van een vredig langs het pad herkauwend klein gezin van Schotse Hooglanders (weemoedig resultaat van de kruising van een lodder-ogende koe en een melancholische, donkerblonde Golden Retiever).
En al maar denken: 'de duinroos bloeit', waar komen die woorden vandaan? J.C. Bloem? Nee, want verder dan een stukje bos, ter grootte van een krant, een heuvel met wat villaatjes ertegen, kwam die stedeling niet, of nauwelijks. Iets van Verwey wellicht, die dichtende duinbewoner? Maar zo veel van Verwey heb ik niet paraat, slechts wat splinters uit Demeter, Het leven, een topzieke rups en wat Beursberichten. Zou het dan weer een van die van alle context losgerukte citaten zijn die mijn moeder al mijn leven lang slordig om zich heen strooit? Geen idee. Zou kunnen, want een feit is, dat er zich geen andere woorden aan vasthechtten, ook niet op de kadans van het wandelen.
De passage komt voor in een tekst van Rob Crispijn over Jacob Olle, ooit gezongen door Herman van Veen, van wiens fanclub ik nou niet echt het allertrouwste lid ben, om het zo maar eens te zeggen. De Googlende hermeneut komt verder Busken Huet tegen - wiens biografie nu door Olf Praamstra geschreven is (strakjes heb ik tijd die ook te lezen) - die Boissevain aanhaalt, maar ook die zal mijn bron niet zijn. En de kleine Johannes heeft er zijn sleuteltje onder verstopt. Maar dat boek, nou ja, dat boek is oud en ik las het lang geleden eenmaal (de grote Viator staat in de kast, leesmaagdelijk).
Dat wordt niks. Zoek ik verder, dan kom ik het groot hoefblad tegen, en dat doet me denken aan een avontuur van Suske en Wiske... Einde, of liever: beginloos is het spoor en gaat alle kanten op, zoals het hoort, en is zeer onduidelijk.
zondag, mei 27, 2007
zondag, mei 20, 2007
What's in a name?
Voor je het weet staat je naam weer in de (internet-)krant:
Nu is het gelukkig een foto bij een stuk waarin staat dat meneer Brown zegt dat GB Irak gaat verlaten. Deuntjes die de mensen pakken, zou frater Fenantius zeggen.
Nochtans is mijn relatie met het socialisme niet eenduidig (zoals die beweging zelf ook niet eenduidig is):
Nu is het gelukkig een foto bij een stuk waarin staat dat meneer Brown zegt dat GB Irak gaat verlaten. Deuntjes die de mensen pakken, zou frater Fenantius zeggen.
Nochtans is mijn relatie met het socialisme niet eenduidig (zoals die beweging zelf ook niet eenduidig is):
zaterdag, mei 05, 2007
Alpha meets Beta in Aqua
vrijdag, mei 04, 2007
Tempus Fugit
als je het naar je zin hebt, maar dit hier ging wel erg ver. We stonden ervoor en keken ernaar, en het was echt waar (en ik ben andigibeet genoeg om zo'n filmpje niet te kunnen vervalsen). Het gaat hier om de klok van das rote Rathaus te Berlijn, op maandag 30 april 2007. 'Hij stond gewoon niet goed', zegt Martine dan. Het was al een paar 'uur' gaande toen ik begon te fotografilmen.
dinsdag, mei 01, 2007
Berlin
... dat 's een interessante stad. Dagje of wat naar toe geweest met gezin, en schitterend weer. Hmm, filmpje oploaden lukt even niet. Dan maar wat statische philologische plaatjes.
Toevalligerwijze had ik net de vrijdag voor vertrek gesproken, naast vele anderen, met, naast vele anderen, Jan Konst, in verband met De Tekst Op Tafel; hij is echter niet van die ene waar wij langs liepen, maar van de Freie Universität (ik weet nu wel welke fraai gehuisvest is). Gauw weer eens terug naar die stad. Je begrijpt, met twee bloedjes van kinderen en vrouw op pad, loopt men liever niet op sommige plaatsen tijdens de Walpurgisnacht.
Toevalligerwijze had ik net de vrijdag voor vertrek gesproken, naast vele anderen, met, naast vele anderen, Jan Konst, in verband met De Tekst Op Tafel; hij is echter niet van die ene waar wij langs liepen, maar van de Freie Universität (ik weet nu wel welke fraai gehuisvest is). Gauw weer eens terug naar die stad. Je begrijpt, met twee bloedjes van kinderen en vrouw op pad, loopt men liever niet op sommige plaatsen tijdens de Walpurgisnacht.
Abonneren op:
Posts (Atom)