donderdag, augustus 26, 2010
Literatuurkritiek en internet
Zie het vijfjarige Recensieweb, alwaar ik, met moeite, mijn huiver voor de rubriek 'reacties' toch maar eens getrotseerd heb, met een tekst die, naar ik hoop, niet de gure genre-eigenschappen heeft die internetreacties doorgaans zo - om het vriendelijk te formuleren - onaantrekkelijk maken.
Labels:
Internet,
Literatuurkritiek,
Recensieweb
maandag, augustus 09, 2010
Vakantielectuur
Na thuiskomst, ter afsluiting van de vakantie, toch nog het derde boek gelezen dat ik had meegenomen: Philippe Claudel, Quelques-uns des cent regrets. Gallimard, z.p. 2006 (oorspronkelijk 1999 volgens Wikipédia, 2000 volgens het boek zelf). Folio nr. 4357. Inderdaad, zo'n Franse heruitgavepocket, eenvoudig maar mooi: ieder hoofdstuk begint bijvoorbeeld op een rechterpagina, op blanco pagina's en op iedere laatste pagina van een hoofdstuk staat geen paginanummer; zo eenvoudig kan goede boekverzorging zijn.
Ik had dit boekje (181 bladzijden) drie jaar geleden al gekocht, in Troyes, op aanraden van een boekverkoopster die ik had gevraagd naar actuele of recente literatuur in levend vakantiefrans. Helaas ben ik dat jaar niet aan het boek toegekomen; het jaar erna gingen we naar Engeland, en daar lees ik geen Frans; vorig jaar ben ik het vergeten; dit jaar stond het geprogrammeerd na Madame Bovary en Les fleurs du mal. Dat was wat te veel gevraagd voor het verblijf aldaar. Maar nu is dat leesprogramma toch nog afgerond.
Het is grotendeels inderdaad een toegankelijk boek met een eenvoudige verhaallijn. Een man, de anonieme ik-verteller, keert naar het dorp van zijn jeugd terug om er zijn moeder te begraven, die hij niet meer heeft gezien, gesproken of geschreven sinds zijn zestiende (dacht ik; andere bronnen zeggen: sinds zestien jaar; misschien is hij twee-endertig als hij zijn verhaal vertelt). Zijn vader heeft hij nooit gekend. De actuele vertelling van de roman beslaat drie dagen, vol ontmoetingen met dorpelingen die veel aan de man vertellen; hij vertelt zelf niet zo veel aan die andere personages: alles wat hij te zeggen heeft is deze roman geworden. Daarnaast staat het boek - natuurlijk - vol jeugdherinneringen, met veel beschrijvingen, die het gebruik van een woordenboek noodzakelijk maken. Ik heb de roman evenwel in de vakantiemodus gelezen, dus zonder dictionaire, wat er onder andere toe heeft geleid dat het me is ontgaan dat de hotelier die de ik-verteller onderdak biedt, spataderen heeft; 'varices', wist ik veel.
Het is (afgezien van die spataderen) nogal een sentimenteel of sentimentalistisch boek over het leven (dat vooral, meer dan echt melancholisch) maar het eindigt ermee dat de man het antwoord op zijn ultime levensvraag - wie was zijn vader - uiteindelijk toch, welbewust, uit handen geeft; dat compenseert wat mij betreft veel van het wellicht wat goedkope sentiment.
Dat lezen in het Frans geeft me een extra genoegen: behalve het plezier van het boek is er het plezier van de taal. Wellicht doe ik een roman zonder woordenboek niet helemaal recht omdat ik lees zonder de souplesse van de geïntendeerde, Frans als moedertaal machtig zijnde lezer, maar daar staat tegenover dat ik allerlei woorden en begrippen die daar niet om vragen toch in eerste instantie letterlijk neem, al te letterlijk. Ik weet heus nog wel dat 'behang' in het Frans 'papier peint' is maar in eerste instantie lees ik toch 'beschilderd papier', wat behang in wezen ook is. En ook een 'oeuf de pigeon' is fraaier beschreven dan alleen maar een 'buil'. Zelfs als er van iemand gezegd wordt dat hij zijn soep drinkt 'avec une paille' schiet ik in de Franse geest eerder langs de waterkant dan bij een Nederlandse lectuur, waarin het rietje toch eenzelfde etymologische herkomst heeft.
De Franse titel is in dat licht ook zo interessant. Het Nederlands heeft immers geen zelfstandig (telbaar) equivalent voor 'regrets'. Toch zijn die 'dingen' noodzakelijk voor een volledig begrip van de roman, want Jos, de hotelier, vertelt aan de man dat zijn oom hem in zijn jeugd eens een legende vertelde (ingewikkelder wordt het boek nergens), die inhoudt dat
Ik had dit boekje (181 bladzijden) drie jaar geleden al gekocht, in Troyes, op aanraden van een boekverkoopster die ik had gevraagd naar actuele of recente literatuur in levend vakantiefrans. Helaas ben ik dat jaar niet aan het boek toegekomen; het jaar erna gingen we naar Engeland, en daar lees ik geen Frans; vorig jaar ben ik het vergeten; dit jaar stond het geprogrammeerd na Madame Bovary en Les fleurs du mal. Dat was wat te veel gevraagd voor het verblijf aldaar. Maar nu is dat leesprogramma toch nog afgerond.
Het is grotendeels inderdaad een toegankelijk boek met een eenvoudige verhaallijn. Een man, de anonieme ik-verteller, keert naar het dorp van zijn jeugd terug om er zijn moeder te begraven, die hij niet meer heeft gezien, gesproken of geschreven sinds zijn zestiende (dacht ik; andere bronnen zeggen: sinds zestien jaar; misschien is hij twee-endertig als hij zijn verhaal vertelt). Zijn vader heeft hij nooit gekend. De actuele vertelling van de roman beslaat drie dagen, vol ontmoetingen met dorpelingen die veel aan de man vertellen; hij vertelt zelf niet zo veel aan die andere personages: alles wat hij te zeggen heeft is deze roman geworden. Daarnaast staat het boek - natuurlijk - vol jeugdherinneringen, met veel beschrijvingen, die het gebruik van een woordenboek noodzakelijk maken. Ik heb de roman evenwel in de vakantiemodus gelezen, dus zonder dictionaire, wat er onder andere toe heeft geleid dat het me is ontgaan dat de hotelier die de ik-verteller onderdak biedt, spataderen heeft; 'varices', wist ik veel.
Het is (afgezien van die spataderen) nogal een sentimenteel of sentimentalistisch boek over het leven (dat vooral, meer dan echt melancholisch) maar het eindigt ermee dat de man het antwoord op zijn ultime levensvraag - wie was zijn vader - uiteindelijk toch, welbewust, uit handen geeft; dat compenseert wat mij betreft veel van het wellicht wat goedkope sentiment.
Dat lezen in het Frans geeft me een extra genoegen: behalve het plezier van het boek is er het plezier van de taal. Wellicht doe ik een roman zonder woordenboek niet helemaal recht omdat ik lees zonder de souplesse van de geïntendeerde, Frans als moedertaal machtig zijnde lezer, maar daar staat tegenover dat ik allerlei woorden en begrippen die daar niet om vragen toch in eerste instantie letterlijk neem, al te letterlijk. Ik weet heus nog wel dat 'behang' in het Frans 'papier peint' is maar in eerste instantie lees ik toch 'beschilderd papier', wat behang in wezen ook is. En ook een 'oeuf de pigeon' is fraaier beschreven dan alleen maar een 'buil'. Zelfs als er van iemand gezegd wordt dat hij zijn soep drinkt 'avec une paille' schiet ik in de Franse geest eerder langs de waterkant dan bij een Nederlandse lectuur, waarin het rietje toch eenzelfde etymologische herkomst heeft.
De Franse titel is in dat licht ook zo interessant. Het Nederlands heeft immers geen zelfstandig (telbaar) equivalent voor 'regrets'. Toch zijn die 'dingen' noodzakelijk voor een volledig begrip van de roman, want Jos, de hotelier, vertelt aan de man dat zijn oom hem in zijn jeugd eens een legende vertelde (ingewikkelder wordt het boek nergens), die inhoudt dat
les coquillages, quand ils se blessent dans la mer, pour calmer leur blessure et la guérir, ils font de belles perles tout autour, [...], de vrais trésors qui possèdent le souvenir, la mémoire de la blessure... Eh bien nous autres les hommes, quand on se blesse, ou qu'on blesse quelqu'un, nos perles à nous, ce sont les regrets, on se fabrique de beaux regrets, et dans une vie, qu'on soit prince, cordonnier ou sénateur, nos regrets sont écris sur un grand livre, [...] ils sont écrits et comptés, et chaque fois qu'un regret est écrit, on pleure, on souffre en pensant à lui, mais ça nous donne la force d'aller vers le suivant, et ainsi se passe la vie, [...], de regret en regret, comme un saute-mouton, la vie dans laquelle nous avons cent regrets, pas un de plus, pas un de moins, [...], cent regrets [...] et quand le centième est écrit sur le grand livre, Le livre de dettes, quand il est bien écrit avec belle écriture calme et déliée, alors, on meurt! le lendemain même, on meurt...Op de dag van thuiskomst van vakantie (ik had toen nog maar enkele bladzijden van de roman gelezen) had er in de NRC een recensie gestaan (da's pas thuiskomen: kilo's kranten doorploegen) van de net verschenen Nederlandse vertaling van deze roman; inderdaad: tien jaar na eerste publicatie toch nog een vertaling. Die heeft een idiote titel: Alles waar ik spijt van heb. Je hebt geen woordenboek nodig om te weten dat 'alles' heel wat anders is dan 'quelques-uns'! En waar is dat legendarische getal 'cent' gebleven? En kan iemand een equivalent voor die 'regrets' bedenken, zodat ik ze in het Nederlands ook kan tellen en als parels in mijn hand houden?
zondag, augustus 01, 2010
Sémiotique
Lastige taal, dat verkeersFrans. Dit bordenpakket kan evenwel niets anders betekenen dan: einde van het verbod om rechtsaf te slaan, dat elders specifiek was ingesteld voor voertuigen van 12 ton en zwaarder en 100 meter en langer. Dat soort weggiganten zijn we tijdens de vakantie werkelijk nergens - tenzij in onze stoutste dromen - tegengekomen, al helemaal niet terwijl ze voortdurend linksaf sloegen. Om dol van te worden.
Abonneren op:
Posts (Atom)