Afgelopen maandag besprak ik met de nieuwe eerstejaars-studenten Nederlandse Taal en Cultuur aan de UU, in de cursus Literaire Teksten, onder meer het aspect 'ruimte' van Bregje Hofstede's roman De hemel boven Parijs. Daarbij kwamen allerlei typeringen en mogelijke functies ter sprake.
De ruimte werd aangeduid als een topos, als gemarkeerd, er was sprake van couleur locale en van belangenruimte; dat laatste vooral doordat de stad semantisch wel erg nauw verbonden is aan het personage Olivier, die, 'wandelend door Parijs, altijd de neiging [had] gehad om zich alles eigen te maken'. (66) Verderop staat er dit te lezen: 'Het was een hebberige manier om door Parijs te lopen. Hij claimde een eigen versie van die stad, aangepast, ingekleurd, benoemd met zijn eigen namen.' (67)
De aangeduide locaties in de stad bestaan ook in de werkelijkheid. De bekende plekken hoef je natuurlijk niet op te zoeken, maar naar de minder bekende ben ik dan toch wel nieuwsgierig. Ergens wordt een steegje genoemd: 'nummer acht, impasse de la Gaîté.' (26)
En jawel, er is echt een Impasse de la Gaîté in Parijs, en daar is een huisnummer 8, en die straat ligt inderdaad vlak in de buurt van 'de begraafplaats van Montparnasse.' (25)
Maar is er niet ook iets symbolisch' in de naam van de straat waar Olivier samen met Mathilde woonde in haar kleine studio? Het is niet een naam die Olivier heeft gegeven, maar hij gebruikt die wel. De doodlopende straat van het goede humeur, het slop van de blijmoedigheid?