Aanm. Knorpelhuid (, ᴣ) is een vert. van nhd. knorpelhaut; een vorm knorpel wordt in het Ndl. niet aangetroffen.
'Knorpelhaut' is kraakbeenvlies; daar hebben we hier niets aan.
Ik zal mezelf in twee reusachtige oren veranderen die aan hun broze knorpels met elkaar zijn verbonden en als een roze vlinder op de donkerblauwe zitbank neerstrijken.
Ich werde mich in zwei riesengroße Ohren verwandeln, die an ihren schmalen Innenknorpeln miteinander verbunden sind und sich wie ein rosa Schmetterling auf der dunkelblauen Couch niederlassen.
Sie schnieft, ich höre ein leises knorpeliges Knacken, was davon herrühren kann, dass sie sich heftig die Nase mit dem Handrücken reibt.
Ik ben dol op door proza gestrooide alliteraties, zeker als begrijpelijk zijn. 'Knorpelig' betekent volgens Van Dale D-N: 'kraakbenig' – dat had hier best gepast, in een omgeving die niet bepaald gezond is voor het neustussenschot. In de vertaling is ook de alliteratie verdwenen, maar dat verlies wordt gecompenseerd door enkele nieuwe assonanties:
Ze maakt een snuivend geluid, ik hoor iets zacht knakken, het komt doordat ze met haar handrug stevig over haar neus wrijft.
Waar zijn nu die knorpels gebleven?
Het ding is nog verpakt in doorzichtig folie en ze houdt het in haar armen als een langs de rivier gevonden welp die haar moeder vast en zeker meteen het weer op straat zal zetten.
Het lastige is wel dat hier weer gefocaliseerd wordt door die doorgesnoven jurist en dat het hoofdstuk keihard in medias res begint, waardoor het even doorlezen vergt voor de situatie wat helderder wordt. Maar zoals het hier is opgeschreven, gaat er echt meer fout dan nodig is. De bron zegt:
Das Ding ist noch in durchsichtige Folie gehüllt, und sie trägt es im Arm wie einen am Fluss gefundenen Welpen, den die Mutter mit Sicherheit im nächsten Moment aus dem Haus werfen wird.
Nog wat bonter is het eerder, op pagina 167:
Ik haal uit, gooi de dode muis in de zakdoek in de struiken achter de kastanje en wrijf mijn handen af aan de boxerschort terwijl ik met mijn andere hand het gat weer dichtmaakt.
En ja, ik heb dit citaat driewerf gecontroleerd: er staat boxerschort en terwijl ik [...] dichtmaakt. Op p. 279 staat wel 'boxershorts'. Maar daarnaast lijkt het me onmogelijk om je handen af te wrijven terwijl je met je andere hand een gat dichtmaakt. Dan moet je dus drie handen hebben. En waarom zou je twee handen afvegen aan je onderbroek als je die dode muis maar met een hand hebt opgepakt en weggegooid?
Zeh noteert dat zo dat het anatomisch bezien meer voor de hand ligt:
Ich hole aus, schludere die tote Maus im Taschentuch in das Gebüsch hinter der kastanie und reibe mir die Hand an den Boxershorts ab, wärend ich mit den anderen das Loch wieder zuschaufele.
Eerder in deze scène staat beschreven dat Max de dode muis in zijn linkerhand houdt en met zijn rechterhand een grafje voor het diertje delft. Van zijn goede bedoeling komt weer eens weinig terecht.
Post post scriptum de dato 1 februari 2022
Op p. 247 staat 'buur' in plaats van 'buurt'.
252: - 'een portiek waarvan ik weet dat die betegeld is en koel'.
- 'voorgebracht'
260: 'in mijn broekzak kneep ik in het papieren zakdoekje met de kleine bloedvlekjes erop. Het werd vochtig in mijn zweethanden en begon uiteen te vallen.' De vermenging van enkel- en meervoud staat niet in de bron: 'In der Hosentasche presste ich das Papiertaschentuch mit den kleinen Blutflecken darauf. Es wurde feucht vom Schweiß meiner Handfläche und begann zu bröseln.'
278: 'zoals je je normaal 's avonds moe voelt en je er al op verheugd te gaan slapen'.
282: 'nou goed dan, zei hij toen, dan gaan ik nu naar huis en sluit me op.' Twijfelgeval, omdat het personagetekst is... inderdaad: 'dann sagte er, guat, i geh jezt haam', wat aangeeft dat het dialect in de brontekst veel sterker is dan in de vertaling. En dat geldt voor heel de platte bijdrage van Erwin, de wat wereldvreemde, betrekkelijk perfide, Weense kunstenaar, aan een uitgebreide dialoog met Max.
284: - 'de enorme klap komt aan- en afzwellend van de wanden terug.' In de bron staat: 'der dröhnende Schlag kommt an- und abschwellend von den Wänden zurück.' Maar 'abschwellen' staat gewoon in het Duitse woordenboek, 'afzwellen' niet in de Dikke Van Dale.
- 'Het plastic mengsel roer ik zelf' luidt in de bron: 'Den Plastikgatsch rühr i mir selber.' Weer gaat de platte spreektaal in de vertaling naar de gallemiezen. 'Gatsch' is volgens Wikipedia 'eine österreichische, mundartliche Bezeichnung für Schlamm'. Maar ik struikelde over de spatie.
288: Over een vrieskist: 'en verder past er een paar ton coke in.' In de bron staat: 'und ansonsten passen ein paar Zentner Stoff rein.' Volgens Duden is een 'Zentner' een maateenheid van vijftig, of – in het Oostenrijks (daar heb je 't weer) en Zwitsers – honderd kilo; een ton staat voor duizend kilo...
293: 'in verband met de auto, waaraan ik iedere dag mijn scheenbeen aan de bumper stoot'. Oorspronkelijk staat het er wat beter: 'wegen des Autos, an dessen Stoßstange ich mir täglich die Schienbeine stoße'.
294: - 'Voor het geval ze inderdaad weg is, heb ik een probleem.' De brontekst is: 'Falls sie tatsächlich weg ist, habe ich ein Problem.' 'Falls' zou hier toch beter vertaald kunnen worden met 'indien' of 'als' of 'in het geval dat', dacht ik.
- 'Zijn sikje schiet me te binnen, dat is er ook niet meer.' Dat is onbedoeld en ongewenst komisch. Ook in de bron ontbreekt de komma na het sikje, die de uiting minder problematisch zou maken: 'Sein Ziegenbart[,] fällt mir ein, der is auch nicht mehr da.'
- 'voordat Clara weer opduikt van ergens vandaan'?
301: 'uit alle hoeken staart Jörg Haiders visage me aan'. Me dunkt dat het Duitse 'Visage' beter omgezet kan worden met 'smoel', 'tronie' of 'facie', zoals Van Dale D-N suggereert.
319: 'in naamloze verbazing' zou, denk ik, 'in nameloze (onnoemelijke, onuitsprekelijke) verbazing' moeten zijn ('in namenlosem Erstaunen').
335: 'ik geloof dat de klap ons allebei in gelijke mate bedwelmd'.
349: 'En als dat niet gebeurd? vroeg ik.'
351: 'Als de snijwondjes zijn opgedroogd was ik Clara's hoofd nog een keer, bet het met een punt van mijn shirt droog'. Droogbetten? Antoniem: natdeppen?
370: 'Zo kunnen we weer overnieuw beginnen, zegt Ross ten slotte.' Dat is in het Duits van Zeh bepaald minder pleonastisch: 'So kommen wir wieder zum Anfang zurück, sagt Ross schließlich.' Dan zijn we weer terug bij af.
Maar als dan op bladzijde 279 iemands gezicht, dat er niet al te florissant uitziet, wordt omschreven als 'versleten en slordig opgehangen tussen haar oren' zeur je niet meer over die reeks uitglijdertjes, toch? Oftewel: 'verbraucht und schlecht aufgehängt zwischen den Ohren.' Prachtig.
Of een formulering die de lezer wederom drukt op de structureel benepen focalisatie van de rechtsgeleerde sneeuwsnuiver: 'Hem zie ik pas als ik me langs de Ascona heb gewurmd'. Aanvankelijk weet je helemaal niet wie met 'hem' wordt bedoeld. 'Ihn sehe ich erst, als ich mich schon am Ascona vorbeigedrängt habe.'