Maar ik wilde iets noteren over een brief van een andere Guus, die ik trouwens nooit zo heb genoemd, want hij was m'n hoogleraar geweest en was daarna nog steeds hooggeleerd. Dat ging toen nog zo. En wat erbij hoorde, bij dat persoonlijke corresponderen over literaire zaken: de aangename materialiteit van het mooie papier in allerlei formaat, vaak met persoonlijke opdruk, soms met geestdriftige moeten van de typemachine waar het lint had gehaperd, en de zorgvuldig geselecteerde prentbriefkaarten, soms tot in de kartels van het postzegel volgeschreven; en de beschaafde, wellevende inhoud, en een zorgvuldig gekozen bewoording, ook al had men het zelfs toen al druk druk druk met zaken die belangrijker waren dan waar ik om vroeg als secretaris van de redactie van de Achterbergkroniek.
Deze formulering: 'Met de redenen voor deze trage / reactie zal ik je niet vermoeien.'
Zo mooi. Ik mag hem, vind ik, een enkele keer lenen (als ik ook eens totaal geen zin heb om een smoes te verzinnen, maar toch niet onzorgvuldig wil overkomen). Het lukt me helaas niet altijd om dat schitterende, pregnante enjambement erin te krijgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten