Sommige spreekwoorden of zegswijzen, die per definitie nogal versteende beelden bevatten, krijgen soms, in een bepaalde context gebruikt, opeens weer hun originele plasticiteit terug.
Als je tegen mijn moeder 'Hè?' zei als je haar niet verstaan had, kaatste ze met: 'Of je soep lust...', en dan wisten broertjes en ik (goede verstaanders, half woord volstond) weer dat we niet de omgangsvormen in acht hadden genomen: 'Wat zegt U?' (maar wat Tilly dan weer niet wist, is dat wij stiekem nog steeds stout waren, want we zeiden eigenlijk: 'Wat zegt u?'). Toen een van mijn kinderen, jong nog, een keer 'Hè?' zei tegen oma, kaatste zij met de oer-vorm van haar vaste repliek: 'Of je soep lust van een ijsbeer?' Schotels van ogen van verbazing in het blonde koppie van het betreffende kleinkind.
Ik schrok me vandaag een hoedje bij het lezen van de eerste krant van 2017 (zie fotootje). Maar gelukkig, het gevaar is al afgewend. Het zogenaamde Forum voor democratie (Hangplek voor plebiscitofielen?) doet niet mee aan de CBS-doorrekeningen. Gelukkig, driewerf gelukkig, ik hoef de vieze [...] van B. echt niet te zien.
(Iets later, dezelfde dag)
Bij het lezen van de eerste avondkrant van dit jaar, schrok ik me wederom een rotje. Daarin mag een zich noemende politiek socioloog van de universiteit van Peking (wat je ver haalt is lekker, zei mijn moeder, die er ook vreselijk naast kon zitten met haar in tegels gebeitelde wijsheden) die vergelijkend onderzoek doet naar nationalisme en democratie, iets schrijven. Alsof hij het kon weten, mocht hij schrijven dat het versplinterde rechts niet één pot nat zou zijn (nu we het toch over drek hebben). Beetje beroerd is dat deze politieke socioloog lid is van Forum voor democratie. Maar goed, dat kan.
En wat toetert hij? Dit: 'Na het gewonnen Oekraïnereferendum zei [Jan] Roos dat er geen nieuwe referenda zouden volgen.'
Een politiek socioloog die een referendum ziet als een pot voetbal of zo, een wedstrijdje dat je kunt winnen? Hoe triest moet het worden?
(Iets later, dezelfde dag)
Bij het lezen van de eerste avondkrant van dit jaar, schrok ik me wederom een rotje. Daarin mag een zich noemende politiek socioloog van de universiteit van Peking (wat je ver haalt is lekker, zei mijn moeder, die er ook vreselijk naast kon zitten met haar in tegels gebeitelde wijsheden) die vergelijkend onderzoek doet naar nationalisme en democratie, iets schrijven. Alsof hij het kon weten, mocht hij schrijven dat het versplinterde rechts niet één pot nat zou zijn (nu we het toch over drek hebben). Beetje beroerd is dat deze politieke socioloog lid is van Forum voor democratie. Maar goed, dat kan.
En wat toetert hij? Dit: 'Na het gewonnen Oekraïnereferendum zei [Jan] Roos dat er geen nieuwe referenda zouden volgen.'
Een politiek socioloog die een referendum ziet als een pot voetbal of zo, een wedstrijdje dat je kunt winnen? Hoe triest moet het worden?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten